Foutcode P1302 - een stapsgewijze handleiding voor diagnose en reparatie

Foutcode P1302 wordt weergegeven en het motorcontrolelampje brandt - wat betekent dit?

Met deze DTC P1302 herkent het OBD/EOBD-systeem een storing in het ontstekingssysteem, meer bepaald in de bobine of het ontstekingscircuit van cilinder 2. Deze fabrikantspecifieke foutcode komt vooral voor bij Ford-voertuigen en duidt op problemen met de ontstekingsregeling van de tweede cilinder.

Welke oorzaken kan deze foutcode hebben?

• Defecte bobine van cilinder 2
• Beschadigde bougie in de tweede cilinder
• Kapotte of gecorrodeerde kabelverbindingen naar de bobine
• Defecte bougiestekkers of kabels
• Defecte motorregeleenheid (PCM/ECM)
• Losse stekkerverbindingen in het ontstekingscircuit
• Kortsluiting in de bedrading naar de bobine
• Vuile of beschadigde bougiedraad
• Verkeerde bougiespecificatie
• Mechanische problemen aan de cilinderkop

Welke symptomen treden parallel op met foutcode P1302?

• Motor loopt onregelmatig: De motor loopt onregelmatig en schokt, vooral bij stationair draaien
• Vermogensverlies: merkbare vermindering van het motorvermogen tijdens het rijden
• Ontstekingsfout: duidelijk voelbare ontbrandingsfout bij het accelereren
• Verhoogd brandstofverbruik: Het verbruik neemt merkbaar toe
• Startproblemen: Het voertuig start moeilijker of heeft meerdere pogingen nodig
• Controlelampje motor: Het waarschuwingslampje brandt continu of knippert
• Uitlaatgeur: In de uitlaatgassen kan onverbrande brandstof worden waargenomen.

Hoe kan het probleem met foutcode P1302 worden verholpen?

• Het verhelpen van foutcode P1302 vereist een systematische aanpak om het defecte onderdeel te identificeren.
• Vervang de bobine van cilinder 2 volledig en let daarbij op de juiste specificatie voor het voertuigmodel
• Vervang de bougie van de tweede cilinder met de juiste elektrodenafstand en warmtewaarde
• Controleer en reinig alle kabelverbindingen naar de bobine en vervang de volledige bedrading als deze gecorrodeerd of beschadigd is.
• Controleer de bougiestekker en de bougiekabel op continuïteit en vervang het hele bougiekabelsysteem als er weerstandsafwijkingen zijn
• Controleer de motorregeleenheid op functionaliteit en vervang deze door een nieuwe of gereviseerde PCM als een defect wordt bevestigd
• Stekkerverbindingen in het ontstekingscircuit losmaken, reinigen met contactspray en opnieuw bevestigen met het voorgeschreven aanhaalmoment