Foutcode C1221 - een stapsgewijze handleiding voor diagnose en reparatie

Foutcode C1221 wordt weergegeven en het motorcontrolelampje brandt - wat betekent dit?

DTC C1221 wordt herkend door het OBD/EOBD-systeem wanneer er een probleem is met de ABS-wielsnelheidssensor op het rechter voorwiel. Deze foutcode geeft aan dat het antiblokkeerremsysteem een onwaarschijnlijke of ontbrekende signaalwaarde ontvangt van de betreffende sensor. De exacte benaming kan per fabrikant verschillen, maar verwijst altijd naar de wielsnelheidsdetectie van het ABS-systeem.

Welke oorzaken kan deze foutcode hebben?

• Defecte ABS-wielsnelheidssensor op het rechter voorwiel
• Beschadigde of gebroken sensorkabel
• Gecorrodeerde of losse stekkerverbindingen
• Vuile of beschadigde sensorring (reluctorring)
• Defecte ABS regeleenheid
• Onderbreking in de bedrading naar de sensor
• Mechanische schade aan de sensorhouder
• Te grote luchtspleet tussen sensor en sensorring

Welke symptomen treden parallel op met foutcode C1221?

• ABS-waarschuwingslampje: permanente activering van het ABS-lampje in het dashboard
• ESP-storing: Storing of beperkte werking van het elektronische stabiliteitsprogramma
• Remassistentieproblemen: verminderde effectiviteit van remassistentiesystemen
• Ongelijkmatig remgedrag: Blokkeren van wielen tijdens zware remmanoeuvres
• Tractiecontrole: Storing van het tractiecontrolesysteem
• Diagnosemeldingen: Extra foutcodes in verband met het ABS-systeem

Hoe kan het probleem met foutcode C1221 worden verholpen?

• Het verhelpen van storingscode C1221 vereist een systematische diagnose van de ABS-componenten op het rechter voorwiel.
• Sensor controleren en vervangen: controleer de ABS-wielsnelheidssensor op het rechter voorwiel op beschadigingen, meet de weerstandswaarden en vervang door een origineel onderdeel als dit defect is.
• Kabeldiagnose: Controleer de volledige bedrading van de sensor naar de ABSregeleenheid op breuken, kortsluiting of corrosie en repareer of vervang beschadigde gedeelten.
• Stekkerverbindingen reinigen: Reinig alle elektrische aansluitingen van de sensor, gebruik contactspray en zorg dat de stekkers goed vastzitten
• Onderhoud de sensorring: Controleer de reluctiering op het wiellager op vuil, beschadigingen of ontbrekende tanden en vervang deze indien nodig
• Pas de luchtspleet aan: Pas de juiste afstand tussen de sensor en de sensorring aan (meestal 0,5-2,0 mm) en vervang indien nodig de sensorbeugel
• Controle-eenheid resetten: Wis na de reparatie het foutgeheugen, voer een testrit uit en laat het ABS-systeem opnieuw kalibreren.