ADAS: geavanceerde hulp bij het rijden

ADAS: geavanceerde hulp bij het rijden

Het acronym ADAS staat voor Advanced Driver Assistance System en verwijst naar de hulpsystemen waarvan een chauffeur gebruik kan maken: geavanceerde rijassistentie. Aanvankelijk betrof dit exclusieve snufjes voor luxe auto’s. Er kwamen op den duur steeds meer systemen bij en de beschikbaarheid ervan ook steeds minder exclusief. Het oogmerk van al deze computergestuurde assistentie is behalve het comfort en het rijgemak vergroten ook het veiliger maken van het verkeer en beperking van het brandstofverbruik.

Voorbeelden

Assistentsystemen zijn al een aantal jaren in zwang en een aantal zijn zo goed als standaard. De ADAS-lijst wordt ook steeds langer. De belangrijkste op een rijtje:

Cruise control met afstandsregeling (adaptieve cruise control) regelt de snelheid van de auto afhankelijk van de afstand tot de voorrijder. Doel van dit systeem is de verhindering van aanrijdingen en de verbetering van de verkeersstroom.

Lichtassistenten regelen de felheid en de richting van de lichtstraal zelfstandig, zodat de weg beter verlicht wordt, gevaren sneller worden herkend en voor- en tegenliggers niet worden verblind.

Rijstrookassistenten (ook bekend als o.a. Lane Keeping Assist) zijn er in actieve en passieve versie. Het systeem waarschuwt de bestuurder als hij van rijstrook wisselt. Een passieve assistent geeft enkel een waarschuwingssignaal af: een melding op het dashboard, een vibratie in het stuurwiel of een geluidssignaal. De actieve rijstrookassistent grijpt in en stuurt de wagen bij.

Verkeersbordenherkenning (Road Sign Assist) leest en onthoudt de gepasseerde borden zoals het begin en het einde van afstanden waar snelheidsbeperkingen gelden. Ook herkent het systeem tekens als “Werk in uitvoering” of “Stop”. Aan de hand van deze informatie kan het de bestuurder waarschuwen. Het is in principe een aanvullend hulpmiddel. In sommige wagens kan deze assistent aan de cruise control worden gekoppeld voor automatische aanpassing van de snelheid.

Parkeerassistent: PDC is de oudste versie van parkeerassistentie. Met behulp van ultrasone en elektromagnetische sensoren op de bumper wordt de bestuurder gewaarschuwd wanneer de afstand tussen sensor en obstakel te klein wordt. Inmiddels zijn parkeerassistenten ontwikkeld tot uiterst gesofisticeerde systemen die gebruik maken van 360°camera’s. Bij sommige exclusieve automerken wordt een systeem geïnstalleerd dat inparkeren geheel automatiseert. Ook bestaat de mogelijkheid van inparkeren op afstand: de app als afstandsbediening.

Voetgangersherkenning: Sensoren detecteren bewegende mensen vóór de auto, waarop het systeem de bestuurder waarschuwt. Geavanceerdere systemen zetten de remmen in werking. Infraroodtechnologie wordt tegenwoordig toegevoegd om het systeem in het donker effectiever te maken.

Botsingswaarschuwing (bekend als Collision warning of Pre-crash system) scant de weg en waarschuwt wanneer je tegen een trager rijdend of stilstaand object dreigt te botsen. Evenals de voetgangersherkenning kan het een ongeval niet altijd vermijden, maar door vroegtijdige waarschuwing of het eventuele automatisch afremmen de ernst van de gevolgen verminderen.

Vermoeidheidsherkenning. De autobestuurder in het rocknummer Radar Love van Golden Earring had dit systeem duidelijk niet geïnstalleerd. Aan de hand van analyse van het rijgedrag van de bestuurder is het systeem in staat de vermoeidheidssignalen te herkennen. Daarbij maakt het systeem gebruik van gegevens zoals snelheid, stuurwielhoek, versnelling en geeft een geluidssignaal en/of een melding op het dashboard: AUB pauzeren.

Werking                              

 De werking van rijassistentiesystemen kunnen in drie functieblokken worden onderverdeeld:

  • Het registreren van voertuiginformatie, rijsituatie of omgevingsinformatie
  • Verwerking van de geregistreerde informatie in realtime
  • De afleiding van een handeling, zoals het formuleren van een reactie aan de bestuurder of de ingreep in de bediening of besturing van de auto.

Bij de registratie van de rijsituatie en omgevings- en voertuiginformatie komen  afhankelijk van ADAS een of meerdere sensoren van pas. Zo werken ze aan de hand van beelden van videocamera’s, ultrageluid, LiDAR (optische sensortechnologie), radar, versnellingsmeting, positiebepaling, toerentalmeting, GPS of andere technologieën. Voor veel rijassistentiesystemen is een combinatie van verschillende sensorsystemen met verschillende meettechnologieën noodzakelijk De sensoren leveren de gegevens via een databus aan centraal of niet gedecentraliseerd geïnstalleerde regeleenheden. Deze controleren deze gegevens met behulp van computertechniek en leiden daaruit de noodzakelijke handeling af: een melding aan de bestuurder of de ingreep in de bediening en sturing van de wagen.

Ook draadloze zendtechnologie zoals WLAN of 5G kan voor ADAS worden ingezet. In dit geval communiceert het voertuig met objecten erbuiten. Zo wordt in principe ook de gegevensverwerking buiten het voertuig mogelijk. Een belangrijke vereiste voor ADAS-technologie is de snelle verwerking in realtime. Alleen zo kan worden gegarandeerd dat de systemen tijdig en accuraat op de zich voordoende rijsituatie reageren.

Rijassistentie: een gradatie

Voor ADAS en autonoom rijden bestaat een gradatiesysteem, opgesteld door de SAE (Society of Automotive Engineers) die de mate van autonomie aanduidt. Naarmate het niveau stijgt, nemen de assistentiesystemen in toenemende mate taken over tot aan het volledig autonoom rijden. De afzonderlijke betekenissen van de niveaus zijn:

  • Level 0: geen automatisering  de bestuurder rijdt zelf
  • Level 1: Rijden met assistentie – ondersteuning van de bestuurder bij de bediening en sturing van de wagen.
  • Level 2:  Gedeeltelijke automatisering van het rijden – deelfuncties zoals in het spoor blijven of het inparkeren worden overgenomen door hulpsystemen.
  • Level 3: beperkt autonoom rijden – een aantal functies van het rijden worden autonoom doorgevoerd. De bestuurder kan op elk moment ingrijpen en functies overnemen.
  • Level 4:  Vergevorderd geautomatiseerd rijden – Assistentiesystemen nemen de volledige functie van het rijden en bedienen van de wagen over. De bestuurder kan indien gewenst de besturing weer in handen nemen.
  • Level 5:  Volledig autonoom rijden. Er is geen bestuurder meer nodig.

Is dit alles?

De opgevoerde lijst van systemen is verre van compleet. Inmiddels kan een auto worden uitgerust met hellingassistenten, die vermijden dat de auto op een helling wegrolt, nachtzichtassistenten, bandendrukcontrolesystemen, automatische ruitenwissers en nog veel meer. De benaming voor de verschillende systemen kunnen verschillen afhankelijk van de aangeboden versie door de autofabrikant. ADAS-systemen zijn inmiddels dermate geavanceerd dat ze juridische, verzekeringstechnische en ethische vragen opwerpen.

AUTODOC CLUB
Uw account is uw persoonlijke assistent

Het houdt uw auto-uitgaven bij, voert een autologboek en vervangingsschema en slaat uw aantekeningen en documenten op