De verbrandingsmotor heeft zijn langste tijd gehad. Het ziet er naar uit dat het komende decennium een keerpunt gaat betekenen in de autosector. De elektrische auto is de weg naar groenere mobiliteit, maar er zijn kapers op de kust. Hoe zit het met de waterstofauto?
Langzame acceptatie
Autobouwers experimenteren al jaren met de waterstof-brandstofceltechnologie teneinde de formule te vinden voor het gebruik van de meest overvloedige energiebron in het universum voor het aandrijven van auto’s. Er is veel vooruitgang geboekt, maar deze verloopt in vergelijking met de ontwikkeling van elektrische auto’s erg langzaam. Inmiddels produceren een aantal merken reeds auto’s die rijden op waterstof. Echt storm voor de nieuwe technologie loopt het nog niet.
Een belangrijke reden dat de acceptatie van de waterstofauto langzaam gaat, is de bestaande infrastructuur. Het aantal waterstoftankstations groeit gestaag, maar de dekking is geenszins te vergelijken met die voor het opladen van elektrische auto’s. Een verder obstakel is de hoge aanschafprijs: de beschikbare modellen waterstofauto zijn twee keer zo duur als een auto met een verbrandingsmotor en ook veel duurder dan de elektrische auto’s uit dezelfde klasse.
Het tanken van een waterstofauto verloopt op welhaast dezelfde manier als benzine of diesel tanken. Dit is ongetwijfeld een belangrijk voordeel dat de waterstofauto op de standaard elektrische auto heeft: hij hoeft geen uren aan de stekker.
Hoe werkt de waterstofauto?
Waterstof op zichzelf komt niet voor in de natuur en moet uit de grondstof water worden gewonnen en vervolgens in brandstoftanks worden samengeperst. Voor de aandrijving van de auto wordt de waterstof gemengd met zuurstof in de brandstofcel. Dit creëert de elektriciteit die nodig is voor de aandrijving. Een van de argumenten tegen de waterstofauto is, dat dit minder efficiënt is dan een elektrische auto. De winning van waterstof kost heel veel energie, die op zijn beurt veel uitstoot van CO2 veroorzaakt. Aan de productie van waterstof komen immers met name fossiele brandstoffen te pas. Duurzaam is waterstof pas echt, wanneer het met “groene” energiebronnen kan worden gewonnen. Natuurlijk zijn de milieuvoordelen reeds aanwezig. De uitstoot is schoon water. Bovendien heeft de waterstofauto geen accu die op de afvalberg een milieuprobleem veroorzaakt. En er valt nog meer te zeggen over de ecologische footprint van de elektrische auto. Zo is de productie van lithium-ion-accu’s ook erg energie-intensief en veroorzaakt de winning van lithium ook tonnen CO2-uitstoot. Verder is het laden van een elektrische auto slechts zo milieuvriendelijk als de wijze waarop de stroom, waarmee je laadt, wordt opgewekt. Ook hier ligt het milieuvoordeel in de onafhankelijkheid van fossiele brandstoffen en geen uitstoot bij het rijden.
Echt emissievrij?
Ook voor de elektrische auto geldt uiteraard dat wanneer bij de productie van de batterij milieuvriendelijke bronnen en duurzame energie wordt gebruikt, hij echt emissievrij wordt. De totale uitstoot over de gehele productie en levensduur van een waterstofauto ligt op hetzelfde niveau als die van een elektrische auto. Een recent onderzoek wees uit dat een waterstofauto een CO2-uitstoot van 120g/km over zijn gehele levenscyclus heeft. De verdere verlaging zit hem in de waterstofproductie uit duurzame energiebronnen.
Een gebruikelijke productiemethode van waterstof is de toepassing van zogenaamde stoommethaanreformatie, waarbij aardgas de grondstof is. Er wordt gewerkt aan het winnen van waterstof van biomassa, hetgeen de emissie van waterstofproductie grondig zou verlagen. Een auto die rijdt op waterstof uit biomassa heeft een CO2-uitstoot over zijn levenscyclus van 60 g/km. Dit is veel lager dan die van een elektrische auto, ook wanneer zijn stroom uit duurzame bronnen komt, vanwege de milieukosten van de accuproductie.
Hoe ziet de toekomst voor waterstofauto’s eruit?
Voor echte duurzame mobiliteit is waterstof een brandstof waar je niet aan voorbij kunt. Het is tevens aantrekkelijk als potentieel alternatief voor grote vrachtwagens met het oog op de problemen rondom accucapaciteit en de laadduur. Het voornaamste struikelblok is de ontwikkeling van een infrastructuur voor het tanken van waterstof, waarbij het gas wordt geproduceerd en naar tankstations wordt vervoerd. Het ontwikkelen van een dergelijke infrastructuur kost miljarden en een aantal jaren ontwikkeling.
Wanneer de infrastructuur voor waterstof er uiteindelijk staat, is het te hopen dat de ontwikkelingen de wagen zelf ook betaalbaarder maken. Momenteel betaal je nog een klein fortuin voor de wagen, maar – net zoals bij elektrische auto’s – zal de prijs uiteindelijk dalen wanneer de technologie verbetert en meer geïntegreerd is.
Er zitten nogal wat haken en ogen aan de waterstofauto, maar veel minder dan tien jaar geleden. Het gaat de goede kant op, en dat is ook fijn voor het milieu.
Reageren